Alles wat je moet weten over het rijden met een aanhangwagen

Bij het rijden met aanhangwagens – of het nu kleine doe-het-zelf-aanhangwagens zijn of grotere zoals caravans of aanhangwagens voor fietsen, motoren of boten – moet met een aantal zaken rekening worden gehouden. Welk rijbewijs heb je nodig? Waarmee moet rekening worden gehouden bij het vastzetten van de lading? En meer. Je leest erover in dit blog.

Het juiste rijbewijs

Het juiste rijbewijs is de basisvoorwaarde voor het rijden met aanhangwagens. Of je een rijbewijs klasse B (dat wil zeggen het normale rijbewijs voor personenauto’s), B 96 of BE nodig hebt om een aanhangwagen voor een personenauto te besturen, hangt voornamelijk af van de toelaatbare totale massa van de combinatie.

Voor de kleine ongeremde aanhangwagen (tot 750 kilo toegestaan totaalgewicht) volstaat bijvoorbeeld een rijbewijs klasse B. Een rijbewijs B 96 is zeer vaak voldoende voor combinaties van caravan en aanhangwagen. Welke auto’s en caravans met welke rijbewijsklasse mogen worden bestuurd, kunt je gemakkelijk online vinden.

Neem de maximale belasting voor aanhangwagens goed in acht

Er zijn twee soorten aanhangwagens: geremde aanhangwagens met een eigen reminrichting en ongeremde aanhangwagens. Voor beide soorten aanhangwagens wordt de maximaal getrokken lading vermeld op het kentekenbewijs of op het kentekenbewijs van het trekkende voertuig. Deze ladingen lopen sterk uiteen en variëren van enkele honderden kilo’s tot 3,5 ton. Zij mogen niet worden overschreden.

Aanhangwagens correct laden

Verantwoord laden is essentieel voor de veiligheid. En dit geldt niet alleen voor grote en zware aanhangwagens, zoals caravans, boottrailers of paardentrailers. Zelfs bij kleine, lichte en ongeremde aanhangwagens kan overbelasting of verkeerde belading nare gevolgen hebben. In het ergste geval slipt de aanhanger uit de controle en kantelt.

Tips voor correct laden

Zware ladingen moeten altijd over de as van de aanhangwagen worden vervoerd, nooit te ver naar voren of naar achteren. Dit is de enige manier om een optimale wegligging en een optimaal remgedrag te verkrijgen.

De in het kentekenbewijs vermelde toelaatbare kogeldruk en die van de aanhangwagen moeten bij het laden zo veel mogelijk worden benut, maar mogen nooit worden overschreden.

Ladingen op aanhangwagens moeten zodanig zijn vastgezet dat zij niet kunnen uitglijden, omvallen, vallen of vermijdbaar lawaai maken, zelfs niet bij een noodstop of plotselinge uitwijkmanoeuvres.

In principe moet elke lading die uitsteekt naar de achterzijde van de voertuigcombinatie duidelijk gemarkeerd zijn.

Achteruit manoeuvreren

• Stel de binnen- en buitenspiegels zo in dat je je aanhanger duidelijk kunt zien.
• Stuur en manoeuvreer langzaam, want met name kleine aanhangwagens reageren zeer sterk op grote stuurbochten.

• Als je niet zeker bent van de afstanden, moet je stoppen en uitstappen. Dit is de enige manier om precies te weten hoeveel manoeuvreerruimte je nog hebt. Als je met z’n tweeën bent, kan je passagier je instructies geven.
• Hoe steiler de hoek is die je maakt ten opzichte van de parkeerplaats, hoe moeilijker het zal zijn om te parkeren. Zet, indien mogelijk, de auto iets verder weg van de parkeerplaats, zodat je in een flauwe boog kunt parkeren.
• Bij het manoeuvreren in een openbare ruimte op een drukke weg is het verstandig de alarmlichten in te schakelen.

Oefen het rijden met een aanhangwagen

Als je lange tijd niet met een aanhangwagen hebt gereden of nog nooit met een aanhangwagen hebt gereden, moet je zeker vooraf oefenen op een groot terrein. Vooral manoeuvreren en achteruitrijden zijn moeilijk. Je moet er altijd rekening mee houden dat de aanhangwagen zich bij het achteruitrijden anders gedraagt dan je verwacht: hij beweegt in de tegenovergestelde richting van het stuur. Wees ook voorzichtig bij harde wind of wanneer je over bruggen rijdt! Grote voertuigen hebben een groter oppervlak waar de wind kan toeslaan dan kleine. Lege aanhangwagens zijn ook gevoeliger voor wind dan aanhangwagens met een volle lading.

Belangrijke tip voor gevaarlijke situaties

Als de aanhanger begint te slingeren, is het verstandig de snelheid voorzichtig te verminderen door licht te remmen in plaats van krampachtig te sturen om de slingerende beweging tegen te gaan.